Page images
PDF
EPUB

wortels van de Weefa-ca-pucca, en eenige andere weinig beduidende gewasfen en kruiden; doch, over 't algemeen, is 'er een volflaagen gebrek aan grond, in ftaat om iets voort te brengen, dan 't geen byzonder eigen is aan deeze Land- en Lugtstreeke.

OPMERKLYKE GEVALLEN EN FORTUINMAAKING VAN DEN LON. DENSCHEN BOEKVERKOOPER JAMES LACKINGTON.

(Medegedeeld door den Heer REINIER ARRENBERG te
Rotterdam.)

nder de voorbeelden van menfchen, die van eene lage ge boorte en armoedigen toeftand, door naarftigheid, aan houdenden arbeid en zuinigheid, tot een beteren staat zyn gekomen en een groot fortuin gemaakt hebben, mag met recht geteld worden de vermaarde Engelfche Boekverkooper JAMES

LACKINGTON.

[ocr errors]

Dees zonderlinge man, die gehouden word de grootste boek. winkel te hebben die 'er in Londen en mooglyk ergens in de wereld te vinden is, gaf in den jare 1792 een verhaal uit van zyne lotgevallen, onder den tytel van Gedenkschriften der eerfte vyftig levensjaren van JAMES LACKINGTON, tans Boekverkooper in de Chiswelftraat te Londen. Voor dat boek heeft hy zyn pourtret geplaatst, en daar onder gefchreven: voor weinig jaren begon ik myne zaken met vyf ponden, en nu verkoop ik honderd duizend boeken in een jaar.

Van zyue geboorte en opvoeding geeft hy het volgend berigt:

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

,,,Ik werd geboren te Wellington in Somersetshire, den ,, 31 Augustus 1746. Myn vader, GEORGE LACKINGTÓN, was een fchoenmakers knegt, die, tegen het genoegen van myn ,, grootvader, getrouwd was met myne moeder, wier eigen naam was JOHANNA TROTT. Zy was de dogter van een armen wever in Wellington, een goed eerlyk man, wiens einde opmerklyk doch ongelukkig was; hy werd op den , weg, tusfchen Taunton en Wellington, in eene floot, verdronken gevonden, en dewyl zyn aangezigt maar even met het water bedekt was, giste men, dat hy dronken moest geweest » zyn. Dit gebeurde eenige jaren vóór het huwelyk van myn vader en moeder.

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

., Myn grootvader, GEORGE LACKINGTON, is een welgeftelde ,, boer geweest te Langford, een dorp twee mylen van Wel,, lington: doch myn vaders moeder geftorven zynde, toen

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

,, myn vader maar dertien jaren oud was, bestelde myn groot. "vader, die nog twee dogters had, myn vader by een Mr. HORDLY, een meester fchoenmaker in Wellington, met oog. merk, om, als hy zyn ambagt geleerd had, hem in een winkel te zetten; doch myn vader, twee jaren als knegt gewerkt heb. bende, vond goed een gemeen mensch te trouwen, die ,, geen duit in de wereld had en de kost won met fpinnen van wolle kloenen. Uit dat huwelyk was ik de eerstgebo. ,, ren, de hoop van de familie, en kwam ter wereld in myn grootmoeders TROTT'S arme hutje, welke goede oude vrouw ,, my in stilte, buiten weten van myn vader, die, volgens ,, zyn voorouderlyken Godsdienst, een Quaker was, naar de kerk bragt om gedoopt te worden.

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

99

In het jaar 1750, toen myn vader reeds drie of vier kinderen had, en myn grootvader zag, dat myne moeder zulk eene brave vrouw was, trok hy zyn misnoegen tegen haar ,, in, en gaf aan myn vader geld om een winkel op te zetten ; doch juist dit, het welk, in de daad, een groot geluk voor ,, hem en zyn huisgezin zou geweest zyn, werd voor bei den het grootste ongeluk; want zoo dra myn vader zich in betere omstandigheden bevond, geraakte hy aan 't drinken, ,, waardoor zyne zaken verliepen, zoo dat hy, na vele ver. ,, geeffche pogingen van myn grootvader, om hem ftaande te houden, door zyn zwaar huisgezin, maar nog meer door ,, zyne geftadige dronkenfchap, tot zyn vorigen staat van fchoenmakers knegt verviel: hy was zoodanig aan den drank verflaafd, dat noch de tranen van een vader, noch die van eene vrouwe, hem 'er van konden afbrengen; zoo dat ik of myne broeders en zusters geene reden hebben om hem in nagedagtenis te houden, of met genoegen aan hem te denken, maar aan myne moeder zyn wy alles verfchuldigd. Nimmer heb ik eene vrouw gekend, of 'er van gehoord, die zoo bekrompen leefde en zoo hard werkte als zy, om hare elf kinderen op te voeden. Wanneer zy zwanger was, zat zy nog een uur vóór hare verlossing, en zelf wanneer men reeds om de vroedvrouw gezonden had, aan haar fpinne wiel.

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

39

[ocr errors]
[ocr errors]
[merged small][ocr errors][ocr errors][ocr errors][ocr errors][merged small]

Uit liefde voor hare kinderen, onthieldt zy zich van allen drank, water uitgezonderd; haar voedsel was meestal brood, aardappelen, kool en kroten, en haren kinderen gaf zy nog het beste, maar egter niet ryklyk, gelyk meu wel denken kan.

,, Wanneer ik nog herdenk de hooggaande zorg en moeite, die deze waardige vrouw, met hare onnoozele kinderen, heeft uitgeftaan, zou ik byna den man en vader verwenschen, die hen in zulk een beklaaglyken ftaat van rampen en elende gebragt heeft, en het is nog droeviger 'er by te moeten , voegen, dat hy, door zyne gestadige dronkenschap, zyne

[ocr errors][merged small][ocr errors][merged small]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

,, dagen niet ter helft gebragt heeft, en dat hy reeds vóór twintig jaren geftorven is, zonder door zyne eigen kinderen betreurd te worden; ja dat meer is, terwyl de natuur tra. nen op zyn graf deed ftorten, hadden wy reden om dankbaar te wezen, dat de oorzaak van onze armoede en elende uit den weg was. Leest dit, onmenfchelyke ouders, en beeft 'er van !

[ocr errors]
[ocr errors]

"

[ocr errors]
[ocr errors]

"

[ocr errors]

Ik was de oudfte, en dewyl myn vader, in de eerfte ja,, ren, een naarftig werkman was, had ik het, in fommige ,, dingen, beter dan myne broeders en zusters ik ging twee of drie jaren lang in een kinderfchool, by eene oude vrouw, ,, en ik herinner my nog hoe trotsch ik was, wanneer ik verfcheiden oude juffrouwen de oogen zag opheffen en de ,, handen ineen flaan, als zy my verfcheiden kapittels uit het Nieuwe Testament, uit myn hoofd, hoorden opzeggen, en daar uit befluiten, dat ik een wonder van verstand moest wezen. Dan myn letterkundige loop was ras ten einde want myne moeder werd zoo arm, dat zy de magtige fom van twee ftuivers 's weeks, voor myn schoolgeld, niet konde ,, opbrengen, boven en behalven dat ik, als kindermeid verfcheiden van myne broeders en zusters moest oppasfen; het gevolg hier van was, dat ik, in plaats van te leeren ,, lezen, alles vergat, het geen ik geleerd had. Ondertusschen ,, werd myn grootste vermaak om in alle pluggeftukken van de ,, jeugd den baas te wezen, en welhaast was ik het hoofd en ,, voorganger van al de jongens in de buurt. Indien 'er eene

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

oude vrouw een lantaarn uit de hand gefchopt, en 'er een venster of deur toegespykerd was, had ik 'er altyd den naam van, offchoon ik het in waarheid niet gedaan had.

Ik was tien jaren oud, toen 'er een man by ons langs de ftraat begon te roepen: appeltaartjes te koop! en in die manier van roepen en verkoopen van taartjes had ik zulk een behagen,' dat ik het meende beter te zullen kunnen doen dan hy. Ik deelde die gedagten mede aan een bakker in onze buurt, en die man vatte zulke goede gedagten op van ,, myne bekwaamheid om met taartjes te loopen, dat hy aan ,, myn vader verzogt om my by hem te befteden. Myne ma,, nier om langs ftraat te roepen, en de bekwaamheid die ik in het verkoopen had, bragt my welhaast in de gunst van al de klanten die gewoon waren halve ftuivers taartjes en poddingtjes te koopen, zoo dat de bakker, eenige weken daar na, met zyne broodbakkery uitscheidde. Ik bleef by hem twaalf of vyftien maanden, in welken tyd ik zoo veel ,, taartjes, poddingtjes en kaakjes verkogt, dat hy dikwils, in ,, myn bywezen, aan zyne vrienden verhaalde, dat hy daar door uit de bekommerlyke omstandigheden, waar in hy zich bevond, toen ik by hem kwam, gered was geworden. Gedurende den tyd, dat ik by den bakker woonde, kwa

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors][merged small][ocr errors][ocr errors][ocr errors][merged small]

19

99

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

men 'er daaglyks klagten over my, wegens het bedryven van allerlei kinderlyke ondeugendheden, als het gooijen met fneeuwballen en het fmyten van flangetjes en klappers in de huizen hier by kwam, dat ik, op zekeren dag, myn mees. ters kind, dat omtrent vier jaren oud was, in een hand. ,, wagentje trekkende, onderstboven reed. Voor de gevol,, gen hier van vreezende, vlugtte ik uit myn meesters huis, ,,en, dewyl het avond was, ging ik naar een glazemakers win. kel, en my daar van eene party ftukken glas voorzien heb. ,, bende, voorzag ik daar mede myne zakken en die van my. ne makkers, en toen naar verscheiden huizen gaande, fmeten ,, wy die ftukken tegen de venfters, terwyl wy het gelyklyk, ,, met handen vol, op ftraat fmeten, het welk zulk een ge,, raas maakte, dat een ieder 'er van verschrikt was, en niet anders dagt, of alle zyne glazen waren in duizend stukken "geflagen. Dit stukje en het om ver ryden van myn meesters kind maakten de oude wyven zoodanig tegen my gaande, dat ik niet weder naar myn meesters huis begeerde terug te keeren; doch, niet wetende wat anders te doen, ging ik naar huis by myn vader, die my, gelyk men wel denken „, kan, niet ledig wilde laten loopen, en my, derhalven, by hem op den driestal zette, om zyn ambagt te leeren, het welk ik verfcheiden jaren agter elkanderen deed; werkende als hy werkte; doch als hy Schoenmakers maandag hield, was ,, ik op straat met de jongens bezig in het vegten, knuppelflaan en worstelen."

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

"

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

Na dat LACKINGTON, eenigen tyd, by zyn vader, het fchoen maken geleerd had, kreeg hy in 't hoofd, om van zyne bę. kwaamheid, die hy door het omloopen met taartjes gekregen had, een ander gebruik te maken, te weten, om, op de marktdagen, voor en na kersmis, almanachen te verkoopen, en hier in flaagde hy zoo wel, dat hy 'er door in den haat vaņ alle de omloopers geraakte.

[ocr errors]

Veertien jaren oud zynde, ging hy met zyn vader naar Taunzon, eene plaats zeven mylen van Wellington gelegen, om aldaar als knegts te werken; dan, 'er veertien dagen geweest zyndę, keerde de vader naar zyne woonplaats tefug; doch de meester, behagen in den zoon hebbende, wilde hem hy zich houden waar toe hy willig was, en zich, met toeftemming van zyn vader, voor zeven jaren by hem verbond.

Gedurende zyn verblyf in die plaats, geraakte hy onder de Methodisten, werd ongemeen vroom, leerde lezen en ook naderhand schryven vervolgens begaf by zich naar Bristol, daar hy in het laatst van 1770 trouwde met eene NANCY SMITH, met welke hy federt zeven jaren verkeerd had. Daags na dat zy getrouwd waren, hunne zakken uithalende, om te zien wat zy te famen gebragt hadden, bevonden zy, met hun beiden, na de onkosten van den vorigen dag, niet meer overgehouden MENG. 1798, no. 3.

te

te hebben, dan eene halve ftuiver. Zy gingen te famen by jemand inwonen, doch hadden het zeer armoedig, dewyl hy niet meer dan negen Engelfche fchellingen in eene week konde winnen. Niettemin leefden zy zoo zuinig, dat by, na verloop van eenigen tyd, een schuld van veertig fchellingen, die hy vóór zyn trouwen gemaakt had, met vyf fchellingen te gelyk, en dus in agt reizen, had afgelost: maar naauwlyks had hy de laatfte vyf fchellingen betaald, of zy werden beiden zoo ziek, dat zy het bed moesten houden. Zy hadden evenwel nog een beursje, waar in twee fchellingen, negen ftuivers en eene halve kroon waren; welk geld zy befloten hadden niet uit te geven dan in de dringendste noodzaaklykheid; maar dit moest er nu aan, en ftrekte hun ten onderhoud, gedurende den tyd van drie dagen, na verloop van welken LACKINGTON genoegzaam herfteld was; doch zyne vrouw bleef meer dan zes maanden ziek.

Hy befloot eindelyk naar Londen te gaan, om te zien, of hy aldaar een beter beftaan konde vinden; welk befluit hy, in de maand Augustus van het jaar 1773, ter uitvoer bragt, heb. bende niet meer dan twee fchellingen en zes ftuivers in zyn zak. Hy kreeg egter, in Londen, welhaast gelegenheid om meer geld te winnen; hier by kwam, dat kort daar na zyn grootvader ftierf, die, aan ieder van zyne kleinkinderen, een legaat van tien ponden had gemaakt. Dit geld hebbende gaan ontfangen, keerde hy weder naar Londen, en eene kamer gehuurd hebbende, meubileerden zy dezelve uit het geen hun van dat geld, na aftrek der reiskosten, overgebleven was, en ket gaf hem, volgens zyn verhaal, zulk een groot genoegen, wanneer hy alle zyne meubilen, als zyn eigen goed, be. fchouwde, dat hy niet gelooft, dat ALEXANDER DE GROOTE immer zyne overwonnen landen met zoo veel vermaak bezigtigd had.

[ocr errors]

Op zekeren dag, in de maand Juny van het jaar 1774, op zyn kamer zittende werken, kreeg hy een bezoek van een man, met wien hy, gedurende zyne verkeering onder de Methodisten kennis gemaakt had, BOYD geheten, welke hem vertelde, dat 'er in zyne buurt een klein huisje te huur ftond, het welk hy hem raadde te huren, en zich daar in, als fchoenmakers baas, neêr te zetten. Die raad beviel LACKINGTON; maar op dat oogenblik kreeg hy den inval, om 'er te gelyk oude boeken by e verkoopen. Zyn vriend hem daar op vragende: hoe hy toch op de gedagten kwam, om een Boekverkooper te worden? gaf hy ten antwoord: dat hy bespeurd had', 'dat een oude boekwinkel in zyne buurt, federt eenige maanden, merk. ,, lyk toegenomen was; dat hy ook eenige kennis van oude ,, boeken had, en 'er een groot liefhebber van was, zoo dat , hy dan goedkoop vele boeken zoude kunnen lezen en hy ook niet twyfelde of hy zou er wel in flagen." Wel nu,

[ocr errors]

her

« EelmineJätka »