Page images
PDF
EPUB

1

tong, fmaak in den mond, pols en alles, weer natuur. lyk; zekerlyk is het toeval van gister door een overmatig gebruik van Aardappels ontstaan; de wonde als de vorige dag, en alzo verbonden.

14. Zeer welvarend; de wond word klein der en meerder vol, van tyd tot tyd vertonen zig in den omtrek der wonde kleine zweertjes als kinderpokjes, die fpoedig doorbreken, een weinig etterachtig vogt loozen, en met het opleggen van droog plukfel weer fluiten; nog thans blyft de omtrek der wonde drie vingers breed dia meter in het ronde altoos nog rood, en met korstagtige plekken; de wond word nu alle dagen, om den door de warmte veroorzaakten ftank, met balfam. Arcai ver bonden.

17. Zeer welvarend; de wonde een weinig kleinder dan te vooren, de omtrek minder ontstoken.

21. Zeer welvarend; de wonde als te voren, loost ma. tig veel etter, de omtrek word beter; alle dagen ver bonden.

124. Zeer welvarend; komt by my te Steenwyk om de wond te vertoonen, die nu maar de grootte van een stuiver heeft, en byna met de huid gelyk; loost zeer weinig etterachtig vogt, doch een weinig dunner; met balfam Arcai verbonden, en geeft geheel geen reuk meer. 27. Zeer welvarend; de wond byna geneezen. go. Zeer welvarend; de wond is nu gefloten.

De Dogter van HENDRIK KLAASSEN, op Eesveen, oud 8 jaaren, werd, op den 14 April, door denzelfden dollen Hond gebeten in het regterbeen, met agt wonden, groot en klein; alle om het enkel en op den voet.

Den 16 April gelyk de vorige gefcarificeerd, met pul vis Cantharidum bettrooid, en met emp. veficator. bedekt; gebruikt boom-oly en azyn, dagelyks zo veel als het oudste Dogtertje.

17. Is zeer welvarend; doch kan niet gaan om de zwelling der wonden en voet, boven en onder, dezelve; de pleisters alle afgenomen en met balf. Arcai verbonden; de kleine wondjes, die niet veel fuppureeren, worden met pulvis Cantharidum bestrooid.

19. Bevind zig in alles zeer wel; de wonden fuppuree ren alle zeer veel; als te voren verbonden; gebruikt de zelfde mixtura oleofa, even zo veel als haar Zuster; de wonden stinken.

20. Zeer

[ocr errors]

20. Zeer welvarend; de wonden fuppureeren goed, een klein wondje met pulv. Cantharid. bestrooid, en met balf Arcai verbonden; continueert met den drank.

22. Zeer welvarend; de wonden fuppureeren tamelyk fterk, en ftinken meer; alle Efcara zyn nu afgevallen.

23. Bevind zig wel; de wonden etteren wel, behalven een klein wondje, dat ik met pulvis Cantharid. bestrooid heb, en na gewoonte alles verbonden; een wond, die ik vóór vier dagen met pulvis Cantharid. bestrooid heb, is nog vol met een witte korst, aan fpek gelyks ettert weinig, ook met balf. Arcai verbonden; gebruikt nu viermaal daags een lepel vol van den drank.

24. Bevind zig wel; alle wonden tuppureeren wel; na gewoonte verbonden.

25. Zeer welvarend; de wonden fuppureeren wel, en als te voren verbonden ; een weinig diarrhée; heeft nugter kalfsvleesch gebruikt.

27. Zeer welvarend; geen diarrhée, de groote wonden fuppureeren wel, de kleine zyn droog; een weinig puly. Cantharidum in de balf. Arcai gemengd, en daarmede verbonden.

29. Zeer welvarend; de wonden blyven nu alle matig fuppureeren; met balf. Arcai verbonden; geeven geen ftank meer.

Den 1 Mey volkomen welvarend; de wonden etteren zo goed niet meer als te voren, except de twee grootite; alle met pulv. Cantharid. in de balf. Arcai verbonden; gebruikt twee lepels vol van den drank.

3. Zeer welvarend; de wonden zyn nu alle goed open, en blyven etteren.

5. Zeer welvarend; de wonden met balf. Arcai en pulv. Cantharid. verbonden.

7. Welvarend; de wonden als te voren verbonden; gebruikt verders geen mixtura oleofa.

[ocr errors]

9. Zeer welvarend; na gewoonte verbonden.

11. Welvarend; daar het weêr nu warmer is,

geeven

de wonden wederom ftank, en jeuken fterk; heb den voet, het been en derzelver wonden met warme karnemelk en water doen afwasfchen; de wonden zyn alle nog open, en als té voren verbonden.

[ocr errors]

12. Welvarend; de wonden na gewoonte verbonden, de kleine wondjes moeten met pulv. Cantharid. open ge.. houden worden, de jeukte is nu minder.

14. Welvarend; de wonden als te voren behandeld.

17. Zeer

[ocr errors]
[ocr errors]

17. Zeer welvarend; de kleine wonden zyn nu byna gefloten; de groote zyn vol met de huid gelyk, en beginnen te fluiten; alle nog met balf. Arcai verbonden. 21. Zeer welvarend; de wonden zyn nu alle volkomen geneezen.

nen,

Den 15 Juny, als het kind niet ver van huis een bood. fchap gedaan had, en op den weg na huis zynde, ontmoette het een Hond, byna als die, door welken het gebeten was, en voor welken zy fterk fchrikte. Tot dus ver was zy volkomen gezond; doch een weinig te huis geweest zynde, klaagde zy over pyn in 't hoofd en beedie al telkens erger werd tot op Zondag. Nu fcheen 'er koorts te komen, die fchielyk afliep en door een andere vervangen werd; nu was zy brandend heet en dan huiverig; de keel en borst werden vol met flym. De Vader kwam my zulks op Zondag berigten; doch ik konde, door andere bezigheden volftrekt belet, de Lyderes niet komen zien. Ik liet een fterke Spaanfchevliegpleister op de geweezene wonden leggen; doch de radix belladonna konde ik niet magtig worden om een proef daarvan te neemen. De benauwdheden werden ieder oogenblik flimmer; zy kon Zondag avond niet meer drinken; had eigentlyk geen vrees voor water; doch zeide niet te kunnen doorflikken; een weinig dunne gekookte karnemelk kon zy nog drinken. Op Maandag morgen was zy aangedaan door de Zonneftraien, en kon ze niet verdragen; de benauwdheden werden al flimmer, de koortsbrand heviger, als deeze nu afgelopen was, fprak zy zeer wel, en was haar verftand magtig; de keel was met veel taaije flym bezet; zy spoog geduurig van zig af, en is denzelf. den avond omtrent negen uuren gestorven.

De Dogter van JAN FRENS, op Eesveen, oud ruim 13 jaaren, werd door denzelfden dollen Hond, op den 14 April 1797, in het regterbeen, boven op den voet, gebeten, met een groote wond, langwerpig, ongeveer een duim lang, en zes kleindere wonden.

Den 16 April, gelyk de vorige kinderen gefcarificeerd en behandeld; gebruikt hetzelfde middel inwendig als de vorigen.

17. De Spaanfchevliegpleisters afgenomen en met bals. Arcai verbonden; de wonden zyn ook als die der andere Lyders gezwollen.

19. De pols is irregulier, en weinig eetlust; kan niet

gaan

gaan om de zwelling der wonden, die alle fuppureeren, Behalven een klein wondje, dat met balfam. Arcai en pulv. Canthar. verbonden word; gebruikt van dezelfde mixtura oleofa als de vorigen.

20. Bevind zig beter dan den vorigen dag; de pols is meer regulier, de tong weinig beflagen; de grootste wonden etteren wel, doch de kleine niet veel; worden beftrooid met pulv. Cantharid., en met balf. Arcai verbonden; continueert met den drank.

22. Bevind zig gezonder dan de vorige dagen, de èetlust is beter, en de pols regulier; de groote wonden. worden diep, en etteren fterk, de kleine zyn droogagtig, worden zeer dik met balf. Arcai verbonden; de zwelling van den voet houd nog aan; heeft deezen dag voor het eerst door de kamer kunnen wandelen; de wonden geeven nog ftank van zig.

23. Bevind zig wel; de voet nog gezwollen; het verband was van de wonden gezakt; alle kleine wondjes waren zeer droog; alle met pulv. Cantharid. bestrooid, en met balf. Arcai verbonden; geeven geen ftank; gebruikt nu viermaal daags een lepel vol van den drank.

24. Welvarend; de wonden, den vorigen dag droog, etteren nu zeer wel; na gewoonte met balf. Arcai verbonden.

25. Welvarend; de wonden na gewoonte verbonden als de twee andere kinderen; nugteren kalfsvleesch gebruikt, en daarvan misfchien diarrhée; doch niet extra iterk,

27. Zeer welvarend; meer appetyt dan de vorige dagen; de diarrhée houd aan, drie a viermaal daags; de groote wonden etteren wel, de kleine droog; met pulv. Cantharid, en ball. Arcai verbonden.

29. Zeer welvarend; gister is de diarrhée opgehouden; de wonden etteren matig, doch beginnen zig een weinig te fluiten, daarom met balf. Arcai en præcipitat. rubr. daar onder verbonden; de wonden geeven nog een weinig ftank.

Den I Mey zeer welvarend, namiddag ten vier uuren; doch 's avonds ten zeven uuren een zware huivering als een koude koorts, egter zonder dorst of gevolgd zweet, of sterke warmte; maar een ongeruste nagt, zo als my berigt is; de wonden kunnen met geen merc. præcipitat. rubr. open gehouden worden; een der grootste is geheel gefloten; alle met puly. Cantharid, en balf. Arcai ry.

ke:

kelyk verbonden; gebruikt twee lepels vol van den olydrank.

3. Zeer welvarend, en is gister ook wel geweest, zonder koorts of huivering; de wonden zyn nu matig open, egter nog met pulv. Cantharid, en balf. Arcei verbonden, en al het wit opgetrokken vel, door de Cantharides, met de fchaar afgefneden, zo dat bloed te voorfchyn kwam. 5. Zeer welvarend; de wonden matig open; met pulv. Canthar, en de balf. Arc. gemengd verbonden.

7. Welvarend; de wonden na gewoonte verbonden; tot dus ver de oly-drank gebruikt.

9. Welvarend; de wonden geeven dus ver nog stank; na gewoonte verbonden.

II. Welvarend; door het warme weêr meerder ftank, en het been met roosachtig uitflag, voornamentlyk om het enkel, bezet, dat fterk jeukt; met warme karnemelk en water het been en den voet, en alle wonden, gewas. fchen, en na gewoonte verbonden.

12. Zeer welvarend; de wonden met balf. Arc. en pulv. Cantharid. verbonden; nu minder tank en jeukte; ook nog met warme karnemelk gewasfchen.

14. Welvarend; de kleine wonden worden met veel moeite opengehouden.

17. Welvarend; de kleine wonden beginnen al meer te Aluiten, en de groote worden meer vol en kleinder, geeven geen ftank of jeukte meer.

21. Zeer welvarend; de kleine en groote wonden byna alle geneezen; nog met balf. Arcai verbonden.

24. Zeer welvarend; alle wonden zyn nu volkomen geneezen.

Den 23 July 1797, is het Meisje, van Steenwyk komende, zeer nat geregend, bevind zig den 24 niet wel, men denkt een weinig koortzig, 't geen aanhoud, en dagelyks erger wordt.

27. Klaagt over fterke heete Koortzen, en voornamelyk over een belemmerde pislofing; nu komt men my raad vragen; de tong vuil geel beflagen, kwaden fmaak, geen afgang. Ik bezorg haar een infufio laxans van Tamarind. fol. fenn. & fal Glaub., waarvan veel ontlasting.

28. 's Morgens tusfchen zeven en agt uuren: zy legt op het bed, het uitzigt wild, fpreekt weinig, de tong een weinig beflagen, heeft een weinig pis geloosd, was als troebel dun bier, de pols klein en fnel, een weinig subfultus tendinum, verfchrikt fchielyk, flaapt weinig, droomt

on

« EelmineJätka »